Haagse toon in Zeeuwse vragen van de PVV

door Ernst Jan Rozendaal

MIDDELBURG. Hij twijfelt of hij de vragen over asielzoekers zelf zo zou hebben geformuleerd. "Misschien wel niet", zegt voorzitter Peter van Dijk van de Statenfractie van de PVV. "Er zijn nuanceverschillen tussen PVV-fracties. Sommige zijn buitengewoon fel en sommigen zijn wat gematigder in hun taalgebruik. Wij doen het op een heel correcte manier. Zo zitten we in elkaar."

Maar de vragen die afgelopen weekeinde naar het dagelijks provinciebestuur zijn gestuurd, zijn in Den Haag bedacht, geeft hij aan.
"De bedoeling is dat deze vragen in de tijd van een week in alle provincies gesteld worden. We hebben ze allemaal wel vertaald naar de eigen provincie."Wat betekent dat in de vragen van de PVV Brabant wordt gesproken over de 'gewone hardwerkende Brabanders' en in die van Zeeland over 'gewone hardwerkende Zeeuwen'.

De schriftelijke vragen van de PVV gaan over het Platform Opnieuw Thuis dat door verschillende overheden is opgericht om de huisvesting van toegelaten vluchtelingen te versnellen en te verbeteren. De Zeeuwse PVV wil weten in hoeverre de provincie Zeeland bij het platform is betrokken, of daarvoor kosten zijn gemaakt en waarom Provinciale Staten hierover niet actief zijn geïnformeerd.
Volgens de PVV is asielopvang geen kerntaak van de Provincie. De Statenleden spreken van 'politieke asielpropaganda' en vragen de provincie 'onmiddellijk te stoppen met deze facilitering van de asieltsunami' en 'deze asielwaanzin', waarbij 'gelukszoekers' eerder woningen krijgen dan 'onze eigen burgers'. Van Dijk vindt 'asieltsunami' wel een aardige term. "Niet het woord dat ik als eerste zou kiezen, maar ik kan er wel mee leven, anders hadden we het er wel uitgestreept."

Hij denkt niet dat de polariserende toon contraproductief werkt. "We stellen de vragen niet voor mensen die het niet met ons eens zijn. We willen de taal spreken van onze achterban. Dat anderen daar niet blij mee zijn..... Het zou raar zijn als dat niet zo was."

Bron: De Provinciale Zeeuwe Courant van 6 oktober 2015